We waren uitgenodigd met een van onze kinderen om met zijn gezin naar Disneyland Parijs te gaan.
Nooit eerder waren we daar geweest. Het is een indrukwekkende wereld waarin de Disneyfilms en -verhalen op alle mogelijke manieren tot een belevenis worden gemaakt.
Je zit er middenin. Alles is tot in de puntjes verbeeld. De techniek is verbluffend. De uitvoering van elk onderdeel tot in de puntjes verzorgd.
Er was ook een paviljoen rondom Star Wars. Alsof je met een ruimteschip naar allerlei andere planeten ging.
Maar wat erg opviel was dat ‘men’ er kennelijk van uitgaat dat elk leven dat eventueel ergens in de ruimte bestaat, onze vijand is waarmee grote gevechten uitbreken en die we allemaal moeten overwinnen.
Van alle kanten vliegt het gevecht om je oren en ogen. Ook in ander attracties blijken geweld en schieten, vernietigen en doden belangrijk thema’s.
Waarom eigenlijk? Zijn we altijd elkaars vijand? Waar komt toch die fascinatie voor geweld vandaan?
Bij de voorbereiding van de gespreksavond over ‘Alles nieuw; maar de eindtijd dan?’ werd duidelijk dat de Apocalyps, het einde van de wereld, een geweldige bron van inkomsten vormt voor filmmakers en gameproducenten.
Op de vraag naar films over de eindtijd wordt direct de top honderd van de beste eindtijdfilms getoond.
Ook in de gamewereld kun je er zo meer dan honderd oproepen. Liederen, spelletjes, het is er allemaal.
Vechten, doden, geweld. Series over misdaad en geweld en horror zijn zeer geliefd.
Want dat is nou eenmaal onze werkelijkheid. Het nieuws wordt erdoor beheerst.
De wereld wordt ook beheerst door geweld.
Tot niet zo heel lang geleden bestond het vak geschiedenis uit niets anders dan het leren van veldslagen en oorlogen, overwinningen en helden.
En tot voor kort bestond de Bijbelse geschiedenis eigenlijk ook daaruit.
Want in de Bijbel lijkt het vooral in het Oude Testament ook uitsluitend te gaan over oorlog en geweld.
Hoe vaak krijgt Gods volk niet de opdracht alle vijanden tot de laatste mens uit te roeien?
Is dat dan onze legitimatie om geweld te verheerlijken?
Ooit schreef Jan den Hartog een serie boeken over de ‘Kinderen van het Licht’.
Een serie over Quakers. Een geloofsgemeenschap die heel zwaar vervolgd werd, alleen maar omdat ze leefden vanuit de gedachte dat liefde de opdracht van Christenen is en geweldloosheid een belangrijk streven moet zijn.
Zij moesten vluchten en kwamen zo in Amerika terecht. Ze organiseerden de ondergrondse vluchtroute voor slaven, zodat ze veilig in Canada konden komen.
Ze worstelden met deelname aan de militaire acties van de Tweede Wereldoorlog en gaven zich daarom op als hospitaalsoldaten. Ze verzetten zich tegen de Vietnamoorlog, maar adopteerden massaal de verstoten kinderen van Vietnamese moeders en soldaten van de VS na het debacle van de terugtocht. En toch bleven het buitenbeentjes waar andere Christenen een beetje meewarig hun hoofd over schudden. Die idealen zijn onrealistisch en onhaalbaar, wordt dan gezegd.
We zijn met elkaar in dit jaar, waarin we 80 jaar bevrijding vieren, maar wat blij dat we met geweld en opoffering van zoveel mensenlevens toch maar bevrijd zijn na de Tweede Wereldoorlog.
En we kunnen toch niet anders dan ons nu bewapenen tegen de dreiging die op ons afkomt. Zonder gewelddadige vormen van verdediging van onze vrijheid, van onze democratie en onze rechtstaat kunnen we niet.
Dat heeft de geschiedenis ook geleerd. Gaat dat dan ongemerkt hand in hand met games en films over oorlog, geweld en vernietiging van zogenaamde vijanden?
Zodat we het vanzelfsprekend vinden dat vernietiging van andere levende wezens een belangrijk deel van onze vermaaksindustrie is geworden?
Geweld wordt steeds extremer in games en films en christenen genieten daar als deel van deze maatschappij gewoon van mee. Onschuldig vermaak, of niet soms?
Zouden we ons ertegen kunnen verzetten of is dat onbegonnen werk?
Maar wat zijn de gevolgen? Hoe immuun worden we voor het echte geweld waarmee we dagelijks geconfronteerd worden?
Allemaal vragen die we meestal maar uit de weg gaan.
Toch worden zulke vragen actueel als we willen nadenken over het jaarthema van de kerken: ‘Als nieuw! Leven in het licht van Gods koninkrijk’.
Mijn eigen omgeving is mij groot genoeg, daar kan ik laten zien dat leven in het licht mogelijk is.
Een prachtig zinvol stuk. Even met de neus op de feiten gedrukt. Gelukkig kunnen we in het (heel) klein laten zien dat we het anders zien en willen doen. Laat dat voor ons haalbaar zijn als we ons best doen en blijven oefenen. Wie weet werkt het door net als de kringen in het water als je er een steen in gooit.