We kunnen er niet omheen, de herfst is volop aanwezig.
Een van de vier overgangen die jaarlijks plaatsvinden. Winter, met zijn kou en duisternis, maakt plaats voor de lente.
De lente met het lengen van de dagen en het opnieuw tot leven komen van de natuur, de zon die ons weer doet lachen.
Dan komt de zomer met zijn warmte, zijn lange dagen en warme avonden, waar we heerlijk ontspannen tijdens de vakanties.
En dan is er de herfst: de dagen worden korter, de bladeren verkleuren en sterven langzaam af, de regen spoelt het zomerstof weer weg en de natuur bereidt zich voor op de winter.
En zo gaat het ook met mijn eigen leven, denk ik altijd.
Vanuit de koude winter komt er leven in ons (we worden geboren en groeien op) en dan volgt de lente.
We zijn als jong adolescenten op weg naar de volwassenheid (= de zomer) om daar vol te leven en te genieten van dat leven.
We trouwen, krijgen kinderen, hebben onze carrières, vrienden, etc.
En in de herfst van ons leven gaan we rustiger aan doen.
We gaan met pensioen, sommige vrienden en bekenden ontvallen ons.
We gaan ons onze eigen tijdelijkheid realiseren en ‘bereiden ons voor’ op de winter.
We genieten bewuster van het leven en waarderen de mooie tinten van het najaar als we de kleinkinderen zien geboren worden en zien opgroeien, zij vormen weer de nieuwe basis voor de cycli van het leven.
En we geven ons deel aan hen mee als we zelf afscheid nemen van het leven.
“Maar deed Jezus dat ook?” vraag ik me wel eens af. Ik lees in de Bijbel en kan de vier cycli bij hem niet echt ontdekken. Maar dat kan ook meer aan mij liggen dan aan de Bijbel. We lezen over zijn geboorte in Bethlehem en daarna keert hij als volwassen man terug en onderwijst de mensen en zijn leerlingen om daarna het ultieme offer te brengen aan het Kruis, waarna hij weer opstaat uit de dood.
Maar wat is er in de tijd tussen zijn jeugd en zijn terugkeer als volwassene gebeurd?
Wat deed hij, wie (buiten zijn Vader) hielp hem op weg?
Waarom is het onbekend? Als ik de Bijbel lees, vind ik het antwoord niet.
Maar misschien hoort dat ook bij het mysterie van het geloof, van het leven.
Niet alles kunnen of hoeven we te weten. Een deel is van onszelf en voor niemand anders.
Slechts één is er die alle antwoorden heeft, Hij die ons ons leven gaf en het vermogen om de pracht van alle overgangen te zien, te beleven.
Die ons ook het vertrouwen gaf te blijven geloven in het moois van die overgangen.
0 reacties